Geslaagd ontwerp?

Wanneer is een ontwerp geslaagd? Als je er een diploma voor krijgt? Als het ontwerp in de krant komt? Als het op een tentoonstelling staat? Als de ontwikkelaar of de galeriehouder het mooi vindt? Of als de meerderheid van Nederland het wel leuk vindt? Ik moest bij deze vragen denken aan een televisie-interview met Karel Appel vanuit zijn Parijse atelier dat ik een aantal jaren geleden zag. Karel Appel vertelde over het schilderproces. Over hoe hij na een dag werken gefrustreerd naar huis ging omdat het maar niet wilde lukken en over hoe hij de volgende ochtend met een kan koffie uren naar hetzelfde doek staarde, mijmerde en nadacht om vervolgens te constateren dat het zo goed en dus af was.


Beeldenpartituur

In het huidige media en beeldentijdperk is de verleiding groot te doen wat de wereld van je verwacht. Steeds meer wordt het ontwerpvak een vak van mooie plaatjes. De computer genereert het ene droombeeld na het andere. Al deze ontelbare beelden overspoelen ons wereldbeeld dat verwordt tot een oppervlakkige beeldenpartituur. Het uitdragen van een beeld lijkt belangrijker geworden dan de verdieping en de bezinning. We zijn geneigd alleen naar het beeld te kijken: ziet het er mooi uit? Wat zullen mijn collega’s ervan vinden? Kan het wel gepubliceerd worden?
Als ontwerper moet je verder kijken. Van belang is het beschouwen en analyseren van het ontwerp. De student moet gestimuleerd worden in zichzelf te kruipen en zichzelf te ontdekken. Wat heb ik nu eigenlijk gemaakt? Wat zit erachter? Hoe kan ik dit nog verbeteren?

Hiervoor moet tijd en ruimte zijn in het onderwijs. De huidige schaalvergrotingen en tijdslimieten maken dit niet altijd eenvoudig. Het onderwijs draagt steeds meer een harnas waarin iedere beweging pijn doet. Alles wordt uitgelegd in contacturen en prestatieschemas. Dit is een schadelijke ontwikkeling.


De veranderende wereld

De wereld veranderd. Hier kunnen we niet omheen. Het is zeker tijdens je studie belangrijk om hierop te reageren. De meeste hervormingen beginnen tenslotte met studentenprotesten! De student is fris, jong en ongebonden. De student dient zich bewust te zijn van de wereld waarin hij staat en hij dient hierin zijn eigen standpunten te bepalen. Afstudeeropgaven bevatten bij voorkeur vragen die voor de maatschappij relevant en  aktueel zijn: hoe reageren we op de groeiende mobiliteit? Wat doen we met ontwikkelingen op het platte land? Welke gevolgen heeft het wassende water voor de architectuur? Waarom krijgt iedere Nederlander hetzelfde huis?

De drie plannen uit Arnhem die hier tentoongesteld zijn, gaan alledrie over aktuele, voor de maatschappij relevante thema’s, toevalligerwijs op drie verschillende schaalniveaus:
Het eerste plan probeert een antwoord te vinden op de verschaling van de woningbouw. Het interieur van ieder huis is gelijk en wordt bepaald door de bouwmaterialenhandel en Ikea. Hoe kun je denkend vanuit het interieur en het individu tot nieuwe ruimtelijke kwaliteiten komen? Het tweede plan probeert de steeds maar groeiende infrastuktuur te benutten. aan een knooppunt van snelwegen nabij Arnhem wordt een recreatief gebouwencomplex toegevoegd, dat reageert op de snelwegen. Het derde plan gaat in op de overloopgebieden ten behoeve van het overvloedige rivierwater. Kun je in deze gebieden komen tot een nieuw type woning en een nieuwe architectuur?


De topsporter

In ieder ontwerpproces speelt het persoonlijke onderzoek en experiment een belangrijke rol. De ontwerper als een ontdekkingsreiziger vol zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen doelbewust op zoek naar het ultieme. Een innerlijke behoefte om de diepte in te gaan wars van mode en vermeende artisticiteit. Het steeds weer leeg maken van je hoofd. Het uit elkaar halen van de dingen en ze weer opnieuw in elkaar zetten. De verwondering om een toevallige ontdekking.
Bij iedere opgave mag de ontwerper weer boven zichzelf uitstijgen. Bij ieder ontwerp moet er weer verwondering zijn. Anders wordt het ontwerpen een truc. Dit vergt uithoudingsvermogen en concentratie. Ontwerpen is topsport!

Een link naar de olympische spelen is nu gemakkelijk gemaakt. De legendarische poolstokhoogspringen Sergey Bubka vertelde over zijn wereldrecords. Jarenlang sprong hij heel gediciplineerd en gedoseerd steeds weer een centimeter hoger. Niet geforceerd in een keer 10 centimeter extra. Iets dat hij naar eigen zeggen misschien wel had gekund. Op deze manier kon hij blijven groeien. Ieder wereldrecord leverde hem trouwens wel een flinke premie op.


Geslaagd ontwerp!

Terug naar de vraag. Een ontwerp is wat mij betreft pas geslaagd als de student tijdens zijn studie heeft geleerd zijn eigen ontwerp te ondervragen en hierdoor de grenzen van zijn kunnen heeft opgezocht. Een geslaagd ontwerp bevat een kritische houding en een persoonlijk statement, waar de ontwerper met hart en ziel achter staat. Een geslaagd ontwerp eindigt na nauwkeurige beschouwing door de maker met, zoals Karel Appel in volle overtuiging zei: “Ja zo is het goed, nu is het af!”

Wat betreft de plannen van de Academie van Bouwkunst durf ik te beweren dat ze geslaagd zijn. Ze geven alledrie een fris en persoonlijk antwoord op aktuele vragen. De ontwerpers hebben zich diep in de materie ingegraven en hebben zich steeds weer afgevraagd waar het hen om gaat. Wat is de essentie van mijn opgave en hoe haal ik er het maximale uit?
Wat betreft de overige tentoongestelde afstudeerplannen van de andere opleidingen het volgende. Deze zijn voor mij nieuw. Ik zou geen recht aan de plannen doen om daar nu al een oordeel over te vormen. Maar een vluchtige blik maakt mij nieuwsgierig. Het is tijd om ze samen te doorgronden.

Dank voor jullie aandacht!