Geslaagd ontwerp: misfit?

Ingekorte openingstoespraak van de tentoonstelling ‘Geslaagd Ontwerp’ op 20 november 2010 in Enschede.


(…) hoewel de titel ‘geslaagd ontwerp’ van deze tentoonstelling suggereert dat er ontwerpen uit heel Nederland getoond worden, is hier voor een ander concept gekozen. Alle ontwerpers hebben een of andere relatie met deze regio. Ze zijn er geboren, zijn er werkzaam, hebben er gestudeerd of ze hebben Twente tot onderwerp genomen. En is dat een probleem? Ik denk van niet want we krijgen op deze tentoonstelling een goede doorsnede te zien van wat recente afgestudeerde ontwerpers, en daarmee doelen we op grafisch ontwerpers, interieurarchitecten, architecten, industrieel- en productontwerpers, gepresteerd hebben.

Sommigen hebben wel eens geopperd om onder meer deze verzameling van ontwerpen -- dit is immers al weer de 12de tentoonstelling --  Twents Design te noemen. De regio zou daarmee het label Dutch Design volgen dat als (marketing) term steeds sterker is geworden, maar op de keper beschouwd niet zo veel zegt. Dutch Design had eerst een beperkte betekenis (ontwerp met een knipoog…), maar wordt nu steeds meer toegepast als aanduiding voor design uit Nederland. Het lijkt me vrij zinloos om deze naamgeving na te volgen. Natuurlijk is het belangrijk, zeker in tijden van globalisering, om de eigen regio opnieuw te bekijken en dat gebeurt ook voortdurend. Elke regio doet dat. Maar om kunst en vormgeving te regionaliseren is niet goed. Zowel kunst als vormgeving denken niet vanuit een regio, maar zijn natuurlijk wel altijd ergens in een regio gemaakt simpelweg omdat iedereen in een regio woont. Daarom is de titel geslaagd ontwerp in dit opzicht nog niet zo slecht gekozen. De vraag is echter of de titel nog steeds de lading dekt.

Geslaagd ontwerp. Wat betekent dat eigenlijk? Zijn de ontwerpen geslaagd maar moeten ze nog uitgevoerd worden? Dan kijken we hier dus naar een soort van prototypes, zoals bij het auto-ontwerp natuurlijk meteen duidelijk is. Of zijn het ontwerpen waarmee de ex-studenten geslaagd zijn? Of zijn het ontwerpen die geslaagd zijn omdat ze in productie zijn genomen en/of gerealiseerd zijn? Het is dus met andere woorden een meerduidige titel. Het antwoord op de vraag weet ik niet, maar het betekent wel een uitdaging voor de bezoeker die nu bij elk ontwerp -- en ik nodig u hier daarvoor ook expliciet uit -- moet kijken welke status de tentoongestelde objecten hebben en of u vindt dat ze daar in geslaagd zijn.

Dit brengt mij ook op een ander aspect van ‘geslaagd ontwerp’. Vorige week opende in museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam de tentoonstelling van het werk van Hella Jongerius, die daar als een van de beste productdesigners ter wereld wordt gepresenteerd. Het is een bijzondere tentoonstelling, waarvoor zij als titel Misfit heeft gekozen: mislukkeling. Dat is een interessante titel in relatie tot geslaagd ontwerp. Waar geslaagd ontwerp de gelukte ontwerpen immers centraal stelt, stelt misfit het mislukte ontwerp aan de orde, of beter misschien, de mislukking als ontwerp. Want misfit is louter als woord een diskwalificatie, maar Jongerius zet het concept anders in. Zij wil juist in haar werk bepaalde vormen van imperfectie bereiken en zet zich af tegen massaproductie die elk object hetzelfde laat worden. Voor Ikea heeft zij bijvoorbeeld vazen ontworpen waarvan het doel is dat ze alle iets van elkaar verschillen.  De stippen op de vazen worden allemaal met de hand opgebracht zodat de differentiatie gerealiseerd kan worden (de Chinese makers schijnen dit niet allemaal gedaan te hebben en mallen ontwikkeld te hebben…). Kern van haar houding is dat zij wegen zoekt om het product weer dichter bij de mens te brengen door producten aan te bieden die hetzelfde lijken maar het net niet zijn. Bij haar is dus het geslaagde ontwerp niet het prototype maar de stelselmatig mislukkende productie daarna, dus na en naar het ontwerp. In haar ontwerpen zitten in de realisatie fouten, imperfecties ingebouwd. Individualisering van het massaproduct en afstand nemen van de zogenoemde design art. Deze trend van de laatste jaren, waarbij exclusiviteit uitgangspunt is, probeert zij op deze wijze te vermijden. Ontwerpen moet geen autonome kunst worden, maar het blijft wel een kunst om goed te ontwerpen.

Hoe verhouden zich deze opvattingen nu met het concept geslaagd ontwerp? Ik kan dat niet precies beantwoorden, want elk object dat we hier gaan bekijken formuleert het antwoord anders. Maar ik denk wel dat het belangrijk is dat u als beschouwer, als criticus of anderszins tot u door laat dringen dat wat u hier ziet mogelijk niet de voltooiing van een gedachte is maar de aansporing daartoe. De objecten representeren ieder voor zich verschillende stadia onderweg naar een of andere vorm van realisatie.

Als afsluiting nog iets over het woord ontwerp dat ik veel mooier vind dan het begrip design. Ontwerpen is een speciale manier om iets ter wereld te brengen. Het woord werpen zit er al in, en het is daar een bijzondere vorm van. Het woord ontlenen is vergelijkbaar. Dat is een vorm van lenen die een hele speciale status heeft. Je ontleent iets aan iets of iemand anders maar het blijft bij je; dat is in principe niet het geval bij lenen, dat breng je terug. Ontwerpen is een hele speciale vorm van iets op de wereld werpen, want er gaat een speciale verbondenheid mee gepaard. Je doet dat niet zo maar. En dat zien we op deze tentoonstelling terug. Er zijn opvallend veel sociale problematieken die aan de orde gesteld worden zoals over autisme en over hoe intimiteit en geborgenheid een plek moet krijgen, maar ook de relatie stad en natuur komt aan bod en de uitdagingen van nieuwe technologie die nog vorm moet krijgen. Daarnaast zien we met name in de stoelen interessante proeven van bekwaamheid om aan een oud Platoons idee vorm te blijven geven. Dat gebeurt ook op verrassende wijze met schoenen.

Ontwerpen in of uit Twente onderscheiden zich niet van de rest van Nederland. Ze zijn ook geen Dutch Design, maar ze mogen ‘der’, om Henk Oosterling te parafraseren, wel degelijk zijn.

Peter Sonderen
Lector Theorie in de kunsten
ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten